De veelzijdigheid van het wandelen.

Waarom zou men toch warempel gaan wandelen?....De lichaamsbeweging die men opdoet door een eind te gaan wandelen, is uitermate belangrijk voor de gezondheid van mensen. En als sport is het dermate laagdrempelig dat bijna iedereen deze sport bijna overal en op bijna ieder uur van de dag kan gaan uitvoeren. Dat maakt dat wandelen als sport een populaire keuze is. Wandelen betekent in feite het bezig zijn om zich te voet voor het plezier, of voor de sport voort te bewegen. Het woord "wandelen" suggereert min of meer dat men deze sport met plezier en in een rustig tempo uitoefent. Maakt men een wandeling waarbij men duidelijk sneller en niet zozeer alleen voor het plezier wandelt, dan spreekt men expliciet van "een stevige wandeling".

Om te kunnen wandelen, moet men goed kunnen lopen. Als men dat op zeker moment niet meer goed kan, zal men ook het wandelen moeten missen. Maar soms zal er dan toch nog een beetje licht in de duisternis kunnen gaan schijnen. Door het doen van loopoefeningen, zal men die situatie op den duur kunnen gaan verbeteren. Kies dan wel voor de makkelijkste omstandigheden. Bijvoorbeeld door zo mogelijk een half uurtje per dag in de kamer van zijn woning heen en weer te gaan lopen. Als men dit lang genoeg zou kunnen volhouden, zou men tot de ontdekking kunnen komen dat er toch weer enige progressie in het loopvermogen komt. Dit kan zelfs dermate goed uitpakken, dat men op zeker moment voelt dat men zelfs weer enigszins zou kunnen gaan huppelen. En als mensen die eerst niet meer goed konden lopen, op zeker moment de ervaring hebben dat ze weer in staat zijn om te huppelen, dan kan men met recht van een flinke verbetering in het loopvermogen spreken. Mocht men dus op zeker moment met het lopen dermate veel vooruitgang hebben geboekt dat men weer tot huppelen in staat is, dan is een eventuele valtraining (welke men op zeker moment meende nodig te hebben) niet meer zo noodzakelijk. Want dan is men veel beter in staat om een dreigende valbeweging te gaan opvangen.

Buiten het gezondheidsbevorderende effect en het plezier dat men eraan beleeft, zijn er nog best veel meer redenen die mensen kunnen doen besluiten om te gaan wandelen, dan alleen voor de eigen gezondheid. Door te wandelen verbrandt men ook de nodige calorieën, waarvan menigeen die in betrekkelijk welvarende levensomstandigheden leeft, beslist wel wat kan missen. Wandelen versterkt ook nog eens een flink aantal spieren in het lichaam. En het geeft, net als vele andere manieren van lichaamsbeweging een tevreden gevoel over jezelf. Wandelen schijnt mensen met depressieve gevoelens zelfs in bepaalde mate uitkomst te kunnen bieden. Hoewel hardlopen en huppelen daartoe mogelijk nog doeltreffender zijn. Wat het laatste (het huppelen) betreft: Ga maar eens een eindje huppelen, net zoals men dat vaak in de kindertijd wel deed. U zult zien dat dat direct een positief effect op het humeur heeft. In overdrachtelijke zin spreekt men niet voor niets over "huppelen van zielevreugd". Door te wandelen kan men, al evenzeer in overdrachtelijke zin gesproken, ook goed "zijn hoofd leeg maken". Dat is van grote waarde als men een tijdlang "teveel aan zijn hoofd heeft gehad". En als men dat dan door te wandelen heeft bereikt, bevordert dat ook nog eens het creatieve denkproces. Tijdens de wandeling zou men ineens goede ideeën kunnen gaan opdoen, of een oplossing kunnen gaan zien voor een probleem waarmee men worstelde. Als men niet in zijn eentje wandelt, maar met een of meerdere andere personen, kunnen de gesprekken die men dan bijna als vanzelf met elkaar voert, tot inspirerende invallen leiden. Door te wandelen komt men verder regelmatig op plaatsen waar men anders niet zo gauw zou komen. En het geeft ook een zeker rust over je gevoelens en belevenissen. In die zin kan men wandelen wel enigszins vergelijken met slapen. En net als bij het slapen het geval is, bevordert wandelen ook nog eens de gemoedsrust en de levenslust.

Maar goed, hoe moet iemand die nooit de gewoonte heeft gehad om regelmatig eens een eind te gaan wandelen dat nu gaan aanpakken? Als men altijd de gewoonte heeft gehad om voor de dagelijkse verplaatsingen maar even gauw de auto (of de fiets) te pakken, is een wandeling van slechts een kilometer heen en een kilometer terug, zelfs al veel gevraagd. Niet in het minst ook omdat het voor het gevoel ook zoveel tijd in beslag neemt. Maar als men zich realiseert dat het te voet afleggen van die hiervoor genoemde afstand (wanneer men even flink doorstapt) slechts 20 minuten hoeft te duren, hoeft dat toch geen al te groot probleem te zijn. Want wat doet men anders zoal in twintig minuten. Even rustig twee kopjes koffie drinken? De warme maaltijd gebruiken? Een brief lezen? Een bad nemen? Een telefoongesprek voeren met een goede vriend, of met een goede vriendin? Voor dat alles is toch ook gemakkelijk tijd te vinden? Dus ook hier moet al evenzeer gemakkelijk tijd voor gevonden kunnen worden. "Ja maar", zult u zeggen, "wandelen moet men toch, als het goed is, iedere dag opnieuw weer doen? En dat neemt dan in de loop van de tijd, bij elkaar opgeteld, wel heel veel van mijn kostbare tijd?" Ja dat is waar, maar men moet dan ten eerste afstappen van de idee-fixe dat het bij voorbaat noodzakelijk zou zijn om iedere dag een eind te gaan wandelen. Als men let op de signalen die men van zijn eigen lichaam krijgt, kan men goed aanvoelen wanneer dat wel en wanneer dat niet noodzakelijk zou zijn. Wanneer u op een dag een uur of zes achter de computer heeft gezeten, of ander zittend werk heeft gedaan, zal uw lichaam u wel laten weten dat het behoefte heeft aan lichaamsbeweging. Maar als u bijvoorbeeld net een paar uren achterelkaar bent wezen winkelen, of de tuin in orde heeft gebracht, is het niet al te noodzakelijk meer om die dag ook nog eens te gaan wandelen. Als u gaat wandelen, moet u daar (kortom) behoefte aan hebben en het met plezier gaan doen. De tweede reden dat het wel mee valt met de tijd die met wandelen verloren lijkt te gaan, is dat men na de wandeling veel minder tijd kwijt zult blijken te zijn met lang onderuit hangen om uit te rusten van de vele dagelijkse beslommeringen.

Een wandeling van twintig minuten is niet veel, maar wel verfrissend. Als u echter de behoefte voelt om langer te gaan wandelen, dan kan dat uiteraard wel. En dat is dan ook wel verstandig om te doen. U zult dan gaan bemerken dat men toch vrij gauw een heel eind wegwandelt. Stel dat tien kilometer bij uw woonplaats vandaan een stad, ofwel een andere stad, gelegen is. U zou daar dan in principe in twee uren gemakkelijk heen kunnen gaan lopen. Dat is goed te doen, ware het niet dat u normaal gesproken ook weer terug naar huis zou moeten lopen. Daar moet men dan wel rekening mee gaan houden. Maar de gedachte dat u daar in twee uren heen zou kunnen gaan lopen, zal u mogelijk verbazen. Tenminste als u anders al niet de gewoonte heeft om veel te lopen. Maar bij een lange wandeling zult u wel met een aantal extra zaken rekening moeten gaan houden. Namelijk met zaken waaraan u voor een korte wandeling van twintig minuten niet zo hoeft te gaan denken. Dat zijn de volgende zaken:

• Voor het lopen van een dergelijke wandeltocht zou men speciale wandelschoenen moeten gaan aanschaffen. Anders loopt men snel tegen beperkingen bij het lopen aan, doordat de voeten pijn gaan doen. En speciale wandelschoenen koopt men dan bij voorkeur bij een wandelspeciaalzaak, omdat men daar de beste adviezen voor de aanschaf mag verwachten.
• Omdat voeten tijdens het wandelen de neiging hebben om uit te gaan zetten, moeten de schoenen die u draagt vooral niet te klein zijn. In feite moeten wandelschoenen wel een volle maat groter zijn dan men normaal nodig heeft. Dat wil grofweg zeggen: een halve centimeter. Hierbij moet men ook rekening houden met het feit dat de ene voet best wel eens goter kan zijn dan de andere. Als na het wandelen (onder sommige van uw teennagels) sprake is van een bloeduitstorting, is de betreffende schoen voor dit doel duidelijk te klein.
• Draagt u steunzolen? Dan moet er in uw wandelschoenen ruimte aanwezig zijn voor inlegzolen. Koop dus wandelschoenen met een uitneembaar voetbed.
• Ondanks het feit dat u wandelschoenen koopt die een maat te groot zijn, moet de hiel wel goed gefixeerd zijn in ieder van de beide wandelschoenen.
• Schoenen met bolle zolen zijn voor het wandelen erg geschikt, omdat daarmee de voeten tijdens de wandeling beter afwikkelen.
• Draag zeer goed passende wandelsokken (zg. L+R-sokken, óf teensokken) met platte naden. De temperatuur van uw voeten moet tijdens de wandeling niet te veel oplopen. Dat is de reden dat u het beste wollen sokken (die met een nylonachtige kunststof zijn versterkt) kunt gaan aanschaffen. Wollen sokken ventileren namelijk veel beter dan katoenen sokken. Als aan deze hiervoor genoemde criteria voor de sokken niet is voldaan, zult u te gemakkelijk blaren aan uw voeten kunnen gaan oplopen.
• Bij het maken van een lange wandeltocht, doet u er goed aan het eerste uur niet al te snel en juist wel op een ontspannen wijze te gaan wandelen. Anders zult u na het wandelen te moe blijken te zijn.
• Om te voorkomen dat u na het wandelen met verkrampte beenspieren wordt geconfronteerd, zou u voor, tijdens en na het wandelen de nodige rekoefeningen kunnen gaan uitvoeren. Maar als u dat teveel moeite is, kunt u uw beenspieren ook heel eenvoudig tijdens het wandelen gaan rekken. Namelijk door zo nu en dan lichtjes een aantal keren tijdens het lopen, of terwijl u aan het uitrusten bent, de knieën van uw benen even terug te gaan trekken.
• Loop niet teveel met krampachtig samengetrokken vingers. Anders zult u na de wandeling met stijve vingerspieren geconfronteerd worden. Laat uw vingers tijdens de wandeling zo nu en dan eens even goed ontspannen.
• Loop ook niet met opgetrokken schouders. Dat zou na afloop van de wandeling voor nekpijn kunnen gaan zorgen. Of erger nog, voor een akelige hoofdpijn.
• Laat uw armen tijdens de wandeling op de cadans van uw beenbewegingen rustig meezwaaien langs uw lichaam. Dat loopt het meest plezierig.
• Om voor ontspanning van uw nekspieren te zorgen, zou u er goed aan doen, om zo nu en dan eens beurtelings kruislings met uw armen achter uw rug, of voor uw buik te gaan zwaaien.
• Voor datzelfde doel zou u tijdens de wandeling ook uw hoofd eens een aantal keren naar rechts, naar links, naar boven en naar onderen kunnen gaan buigen.
• En bovendien zou u voor dat doel tijdens de wandeling een flink aantal keren met uw schouders kunnen gaan rollen. Eerst een tijdje met een rollende beweging naar voren en dan een tijdje met een rollende beweging naar achteren.
• Let ook op dat u tijdens de wandeling uw voeten goed gaat laten afrollen. Dat loopt niet alleen fijner, maar ook sneller!
• Bescherm uzelf tegen ongelukken met medeweggebruikers, door goed zichtbare kleren te dragen en door reflecterende banden om uw armen te dragen.
• Draag liever kleren waarin u het in eerste instantie te koud heeft, dan kleren waarin u het te warm heeft. Want na ongeveer een half uur zult u gaan bemerken dat uw lichaam tijdens de wandeling veel extra warmte genereert.
• In winterse omstandigheden zullen een paar meegenomen wanten en een muts uitkomst kunnen gaan bieden tegen koude handen en tegen teveel afkoeling van uw lichaam via uw hoofd. Maar na een tijdje zult u die wel uit kunnen blijken te gaan doen. Want ook uw handen en uw hoofd zullen warmer gaan worden van de goede lichamelijke inspanning tijdens het wandelen.
• Tijdens het wandelen zal men ongetwijfeld gaan zweten. En van dat transpiratievocht moet er in koude weersomstandigheden zo weinig mogelijk op de huid achterblijven. Anders krijgt men het te koud. Daarom is het dragen van een thermo-onderhemd (als singlet; als T-shirt, of als longsleeve-shirt) een goede zaak. Deze thermo-onderhemden zijn beschikbaar voor twee verschillende soorten van omstandigheden. Namelijk een soort voor de vrij warme weersomstandigheden en een soort voor de wat koudere weersomstandigheden. Over het thermo-onderhemd draagt men, afhankelijk van de weersomstandigheden, een ademend loopshirt, of een ademend hardloop-jack. Het grote belang van de juiste wandelkleding zou men gewaar kunnen worden, wanneer men op deze site de informatie leest over een erg vervelende kwaal die men, door de afkoeling vanwege het vele zweet, zou kunnen opdoen. Klik daarvoor op de link: tussenribspierontsteking.
• Mocht er kans zijn op zware regenbuien, dan is het meenemen van een regenjas "een must". Een regenjas met aangehechte capuchon zou een aanrader kunnen zijn, als u zich er tenminste maar van bewust bent dat die capuchon uw zicht op het verkeer, wat van links en rechts uw weg kruist, ernstig kan belemmeren. Worden er evenwel slechts lichte regenbuien verwacht, dan is het dragen van een micro-fleece trui (in plaats van het loopshirt) gecombineerd met een windshirt, een betere oplossing.
• Bij een wandeling van meer dan een uur is het noodzakelijk dat men ook een flesje water met zich meeneemt. Want als men tijdens de wandeling dorst krijgt, kan dat dermate hinderlijk zijn dat het zoeken naar drinkwater topprioriteit gaat krijgen. Hebt u geen of te weinig water meegenomen en u passeert tijdens uw wandeltocht een dorp, dan is het wat dat betreft handig te weten dat in een dorp vaak ook een kerkhof c.q. een losse begraafplaats aanwezig is. En daarop is dan doorgans ook wel een waterkraan aanwezig, welke normaal gesproken beschikbaar staat aan de mensen die de grafstenen willen gaan schoonmaken.
• Om blaren bij een lange wandeling te voorkómen, kan men de voetzolen ook van tevoren met uierzalf gaan insmeren. En het is bij een lange wandeling op zeker moment ook verstandig om een paar droge wandelsokken aan te trekken. Wat dat betreft helpt het ook om enig talkpoeder in de sokken te strooien en om de voeten met talkpoeder te behandelen. Natuurlijk moet men dan wel een klein flesje talkpoeder voor dat doel meenemen. En mocht men desondanks toch blaren krijgen, dan is het bovendien wel fijn dat men enige pleisters, of sporttape blijkt te hebben meegenomen. Het is moeilijk lopen op een voet waarop zich een of meerdere blaren bevinden.
• Duurt de wandeltocht langer dan twee uren, dan zou men op zeker moment ook, tengevolge van een plotseling glycogeen-tekort, met een hongerklop te maken kunnen krijgen. Voor een dergelijke situatie zou het handig zijn dat men ook enkele sneetjes brood zou hebben meegenomen. Want door een hongerklop kan men op zo'n moment erg gaan verzwakken. Als men is gaan wandelen zonder eerst goed te hebben gegeten, kan men die hongerklop tijdens het wandelen al betrekkelijk snel verwachten.
• Men zal hebben bemerkt dat men voor een betrekkelijk lange wandeltocht toch al gauw veel spullen mee zal moeten nemen. Daarom ontkomt men er niet aan om daarvoor een (lichtgewicht) rugzak aan te gaan schaffen. Afhankelijk van het fanatisme waarmee men wandelt, zou men dan meteen ook kunnen gaan overwegen om direct ook maar een rugzak met een voorbereid drinksysteem te gaan aanschaffen. Zodat men al wandelend kan gaan drinken, zonder daarvoor te hoeven stoppen om het drinkflesje uit de rugzak vandaan te gaan halen.
• Als men veel heeft gewandeld, maar dit op zeker moment niet meer naar genoegen doet, kan dat weleens te maken hebben met het feit dat de hak van de schoenen die men heeft aangetrokken, in de loop van het vele wandelen teveel is afgesleten.
• Soms hebben mensen tijdens het wandelen last van overpronatie van de voet. Dit is een voetafwijking waarbij de voet tijdens het lopen niet netjes gelijkmatig afwikkelt. Het lichaamsgewicht komt dan in eerste instantie op de buitenkant van de voet terecht en "rolt" dan vervolgens wat naar binnen. De voet ligt dan vrij plat op de grond. Dit is eventueel wel te compenseren met gebruikmaking van 'antipronatie inlegzolen.

Een groot voordeel van wandelen is, dat de hoofdpijn die men eventueel heeft, tijdens het wandelen minder scherp naar voren komt. Door het maken van een wandeling zal men zich dan, tenminste tijdelijk, wat beter kunnen gaan voelen. Het inademen van de frisse lucht tijdens een wandeling, is een factor die daar ongetwijfeld aan bijdraagt.

Bent u een nachtwandelaar, dan is het niet onverstandig om een zaklampje, of een zogenaamde knijpkat mee te gaan nemen. Bijna nooit is het 's nachts dermate donker dat u die voor uw zicht om te lopen nodig zult hebben, behalve tijdens zwaar bewolkte weersomstandigheden en in het bos. Maar toch, er kan altijd iets gebeuren waarvoor u juist wel meer zicht nodig hebt. Om de laatste reden is, bij een dergelijke wandeltocht, ook het meenemen van een goed opgeladen mobiele telefoon "een must". Een wandeltocht tijdens de nacht kan bijzonder enerverend zijn. Men kan natuurlijk minder goed de omgeving waarnemen, maar men hoort en ruikt wel veel scherper. En de rust van een stille nacht kan een overweldigende ervaring zijn, met name bij windstil weer. Als u op zeker moment erg veel behoefte krijgt aan slaap, en als u dan toch meent door te moeten gaan wandelen, dan doet er zich echter wel een onverwacht risico voor. Want u zou dan tijdens het wandelen in slaap kunnen vallen. In die zombie-achtige toestand zult u zeer zeker wel flink door kunnen blijven lopen, maar u mist dan wel (net als bij wandelen in dikke mist) uw normale goede oriëntatie op uw omgeving.

Voor informatie over het gebruik van gewone wandelstokken en het gebruik van Nordic Walking wandelstokken klikt u op de voorgaande link.

Vóór u besluit om een tip (die op deze website staat vermeld) te gaan opvolgen, dient u eerst de veiligheidsadviezen te lezen. Klik daarvoor op deze link.