KLIK HIER VOOR INFORMATIE
OVER DE SITE

GEZONDHEIDSTIPS

ERVARINGEN EN INZICHTEN

CLICK HERE FOR
THE PARENT SITE
and SITE SEARCH



Riskante aanwensels

Iedereen kent ze wel. Die gevaarlijke gewoontes. Die precaire gebruiken. Die gewaagde handelwijzen. Die zo riskante sporten. En die zo ongezonde levenswijzen. Toch doen wij het, ondanks de statistisch zo grote kans dat wij er problemen mee op kunnen gaan lopen. Wij doen dat soort zaken toch. Zonder ons er en masse tégen te gaan keren. Mogelijk doen wij dat in het volste vertrouwen dat juist andere mensen daar de problemen van gaan ondervinden. Andere mensen..! Maar toch niet wij zelf? Dat overkomt ons toch zeker niet?

De enige zekerheid in het leven, is de zekerheid dat wij het leven niet zullen gaan overleven. Vanuit die zekerheid zou men verwachten dat wij mensen buitengewoon voorzichtig zouden gaan leven. Toch is dat heel vaak niet het geval. Want.......

Zonder enig probleem kan dit lijstje van potentiële gevaren nog veel langer worden gemaakt. Als men een dergelijk lijstje van potentiële gevaren eens wat op zich in laat werken, blijken wij mensen vaak kinderlijk naïef om te gaan met de risico's die wij in het leven tegenkomen. In grote tegenstelling hiertoe proberen wij als ouders onze kinderen wel zoveel mogelijk tegen die gevaren te beschermen. En onze overheid probeert op haar beurt ook weer het volk tegen een aantal grote gevaren te beschermen. Want de overheid weet dat wij ons als burgers onmogelijk in ons eentje tegen een aantal zeer bepaalde grote bedreigingen kunnen beschermen. In ons eentje lijken wij ook heel moeilijk vorderingen te kunnen maken in het omwenden van de gevaarlijke gewoontes van andere mensen? Nee, dat lijkt meestal niet mogelijk te zijn.

Toch is het voor individuen in feite niet altijd geheel onmogelijk om bij te dragen aan het bestrijden van gevaarlijke gewoontes van mensen in het algemeen. Neem bijvoorbeeld de persoon die het ten lange leste voorelkaar heeft gekregen dat automobilisten niet alleen 's nachts hun autoverlichting in het verkeer ontsteken, maar ook overdag. Die bepaalde persoon (toen nog een pasgetrouwde jongeman) is daar op zeker moment in zijn eentje gewoon mee begonnen. Gewoon omdat hij besefte dat het overdag opsteken van zijn autoverlichting, zijn eigen veiligheid en de veiligheid van zijn medeweggebruikers zou moeten gaan bevorderen. Die jonge man is nu een oude man, maar nog lang niet het leven moe. En met grote tevredenheid ziet hij hoe zijn initiële inzet voor de verhoging van de verkeersveiligheid, ertoe heeft geleid dat nu vrijwel iedere automobilist ook overdag zijn autoverlichting ontsteekt. En hij is met name ook content over het feit dat steeds meer autofabrikanten ervoor hebben gezorgd dat de verlichting van hun auto's automatisch aangaat na het starten van de motor. Maar die man laat ook weten dat hij het eerste tiental jaren dat hij ermee begonnen was om overdag de autoverlichting aan te doen, veel ergernis van andere weggebruikers heeft moeten verdragen. Ergernis ja, maar vaak ook wel heel veel positief bedoelde waarschuwingen van andere automobilisten die meenden dat hij zijn autoverlichting, na de ochtendschemering, had vergeten te doven. Hij laat ook nog weten dat door zijn actie, die hij in 1974 was begonnen uit te voeren, er tot zijn grote tevredenheid heel langzamerhand enkele andere automobilisten kwamen, die inzagen wat het grote belang was van het voeren van autoverlichting tijdens de uren dat er hier overdag geen verplichting toe bestond. En hij laat ook weten dat het best een aantal jaren duurde, maar dat er in de regio waarin hij overdag voor zijn werk rondreed, zo langzamerhand duidelijk een significant verschil ontstond tussen het aantal automobilisten dat daar toe was overgegaan en het aantal automobilisten wat dat betreft in andere contreien van Nederland.

Een ander voorbeeld van een individuele actie om te komen tot een betere verkeersveligheid, betreft het voorbeeld van de man die zich heeft ingezet voor een betere verlichting van fietsers. Zijn eerste inzet daartoe heeft ongeveer 35 jaar geleden plaatsgevonden. Namelijk nadat hij in de ochtendschemering in de auto weer eens een groep kinderen op de fiets was tegengekomen, die nauwelijks zichtbaar bleek te zijn door het feit dat de kinderen geen verlichting op hun fiets voerden. En hij die groep fietsers pas op het laatste moment opmerkte. Toen hij erover nadacht wat er gedaan kon worden om in de toekomst een eventueel ernstig ongeluk met een dergelijke groep fietsers te voorkomen, bedacht hij zich dat het een utopie was om te denken dat men het ooit voorelkaar zou kunnen krijgen dat iedere fietser keurig zijn fietsverlichting aan zou gaan doen in de omstandigheden waarin dat nodig zou zijn. Een veel minder utopische oplossing zou, bedacht hij zich, kunnen liggen in de verplichting tot het monteren van een witte reflector aan de voorkant van iedere fiets. Toen hij daarover vervolgens een brief schreef naar het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, kreeg hij pas acht maanden later antwoord op die brief. In die brief stond dat uit de verkeersstatistieken was gebleken dat er jaarlijks gemiddeld slechts enkele dodelijke fietsongelukken gebeurden, die aan het voeren van een slechte verlichting te wijten waren geweest. En dat dit kleine aantal geen reden was om de Nederlandse Verkeerswet op dat gebied aan te passen. Een raar argument dacht de betreffende man, want iedere verkeersdode is er toch een teveel en bovendien werd in dit antwoord niet rekening gehouden met het aantal gewonde mensen dat een direct gevolg was van het voeren van onvoldoende fietsverlichting. De ambtenaar op het ministerie had dus duidelijk gemeend niet te kunnen scoren met dit idee om de verkeersveiligheid te bevorderen. Maar soit, dacht hij. Als het rechtsom niet lukt, dan maar linksom. En hij schreef vervolgens een uitgebreide brief over dit voorstel naar het bedrijf waar men fietsreflectoren produceerde. En later bleek gelukkig dat de inhoud van zijn brief bij dat bedrijf juist wel heel positief was ontvangen. Men antwoordde hem toen dat men daar na rijp beraad had besloten om niet een losse reflector voor de fietsen te gaan maken, maar daarentegen een witte reflector in het glas van de koplampen van de fietsen te gaan integreren. Een lumineus plan dacht de betreffende man die het idee van het op de fiets monteren van een witte reflector bij het bedrijf had aangekaart. Maar het nadeel daarvan is, bedacht hij, dat het jarenlang zou gaan duren voor alle oude fietsen door nieuwe fietsen zouden zijn vervangen, of dat de oude koplampen door nieuwe koplampen zouden zijn vervangen. Later bleek dat evenwel nogal mee te vallen, want al gauw bleek dat er in een grote groep fietsers eigenlijk altijd al wel een aantal fietsers aanwezig waren waarbij een dergelijke geïntegreerde reflector in het glas van de koplamp aanwezig was. De voorlichtende invloed van fietsmakers op de ouders van de schoolgaande kinderen was daar ongetwijfeld debet aan. Ook uit dit voorbeeld blijkt weer de grote invloed die een enkel individu op het veranderen van gevaarlijke gewoontes van mensen kan hebben.

Slechte gewoontes van mensen worden overigens soms ook door de invloed van de overheid met redelijk succes omgeturnd. Neem bijvoorbeeld het succes van de overheid bij de aanpak van het roken in openbare gelegenheden. Die aanpak is zo succesvol geweest, dat vrijwel iedereen er momenteel van overtuigd is dat men in dit soort gelegenheden niet hoort te gaan roken. En die aanpak is zelfs zo succesvol geweest dat ook menige huisvader of huismoeder het niet meer accepteert dat er in zijn, of haar, huis wordt gerookt. Ongetwijfeld heeft dat feit de gezondheid van de gemiddelde Nederland erg bevorderd. En om nu de ambtenaren op de verschillende Ministeries toch even een hart onder de riem te steken: het initiatief om dit probleem aan te pakken zou best weleens initieel bij een van hen vandaan kunnen zijn gekomen.

Een ander voorbeeld van het succesvol aanpakken van een gevaarlijke menselijke gewoonte, is de actie vanuit de overheid om het drinken van alcoholische dranken door kinderen beneden de 18 jaar, aan te pakken. Door die kinderen te verbieden om in openbare gelegenheden van alcoholische dranken gebruik te maken, zal de gezondheid van die groep kinderen ongetwijfeld worden bevorderd.

Er zijn echter nog veel meer ongezonde, c.q. gevaarlijk, gewoontes van mensen. En ook die gewoontes zullen op den duur aandacht moeten krijgen. Maar vanuit de overheid zal men ook beseffen dat men niet teveel hooi op de vork zal moeten nemen en dat men niet een heleboel slechte gewoontes tegelijkertijd zal moeten trachten te bestrijden. Neem het steeds grotere gevaar van het afsteken van vuurwerk. Ook aan dat gevaar zal men vanuit de overheid graag paal en perk willen stellen. Maar dat kan niet van vandaag op morgen. De aanpak van deze "vuurwerkramp" zal heel gedoseerd en in een tijdsbestek van vele jaren, over de mensen moeten worden uitgestort. Want het lijkt wel zeker te zijn dat de gevolgen van die "ramp" in de loop van de komende jaren alleen maar ernstiger zullen gaan worden, en dat de acceptatie van de aanpak hiervan buitengewoon moeilijk zal zijn.

Het is echter ook weer niet nodig om al te pessimistisch te zijn over de aanpak van slechte gewoontes van mensen. In sommige provincies van ons land is bijvoorbeeld de gordeldiscipline (de onderwerping aan de verplichting om in de auto de veiligheidsgordels om te doen) momenteel gestegen tot zo'n 98%. Wie had dat nou verwacht, zo'n 37 jaar terug, toen de gordelplicht werd ingesteld. Want in die tijd, toen die verplichting op de automobilisten afkwam, was er zoveel weerstand tegen het dragen van een veiligheidsgordel dat verwacht werd dat maar een klein deel van de automobilisten zich daar ooit iets van zou gaan aantrekken. De gekste argumenten werden in die tijd bedacht om aan te geven hoe ondoordacht de maatregel tot verplichting van het dragen van een autogordel wel zou zijn. Maar ondertussen kunnen vrij veel mensen nu toch een geval naar voren halen van een auto-ongeluk waarbij juist het dragen van de veiligheidsgordel ertoe lijkt te hebben bijgedragen dat men bij een ongeluk met de auto, geen ernstige letsels heeft opgelopen.

Het gedrag van mensen is dus wel degelijk, zowel door de invloed van individuele mensen als door de invloed van overheidsinstanties, te veranderen. En door het beïnvloeden van die bepaalde aspecten van het menselijk gedrag, zullen betrekkelijk veel mensen veel langer in leven blijken te blijven. Het veranderen van riskant gedrag bevordert, in die zin, dan ook zeer de gezondheid van mensen.

Niet alle riskante gedrag van mensen is overigens bewust riskant gedrag. In geval van nood doen mensen soms, vanuit een soort automatisme, juist de verkeerde dingen. In geval van nood, als de schrik ons mensen in de benen slaat, kunnen wij mensen over het algemeen niet meer goed nadenken. Dat is een gevolg van de uitwerking van het schrikhormoon "adrenaline" op het menselijke brein. Door dat hormoon zullen wij versterkt in staat zijn om te vluchten, maar als dat om de een of andere reden niet lukt, zullen wij in die omstandigheid veel minder in staat blijken te zijn om te gaan nadenken. Namelijk te gaan nadenken over een oplossing voor de benarde positie waarin men verkeert. Het niet goed kunnen nadenken over de mogelijke oplossingen voor de problemen waarin men zich bevindt, heeft ongetwijfeld al veel mensen onnodig het leven gekost. Een voorbeeld daarvan is het meemaken van een brand tijdens een drukbezochte theatervoorstelling. Bijna alle mensen zullen dan onder die omstandigheden het theater via de ingang willen verlaten welke men bij het betreden van het theater heeft genomen. En vrijwel niemand zal zich dan realiseren dat er in een theater normaliter ook een of meerdere nooduitgangen aanwezig zijn. Het plotselinge onvermogen om helder na te kunnen denken tijdens een calamiteit, kan men ook aflezen aan het werkelijk gebeurde voorval waarbij iemand met zijn auto, rechtopstaand, in een diepe landsloot was terecht gekomen. Toen die persoon na het ongeval uit de auto wilde gaan stappen, werd dat aan beide kanten verhinderd doordat beide deuren klem zaten tegen de wal van de sloot. De beide deuren konden onmogelijk worden geopend, terwijl het water snel de auto binnenstroomde. Die persoon herinnerde zich toen de raad van zijn vader, die hem eens had gezegd dat men in een dergelijk geval niet zou moeten vergeten dat men ook via de zijruiten gemakkelijk de auto zou kunnen verlaten. Toen die persoon dat echter wilde gaan doen, bleek dat niet te lukken, omdat voor het openen van die ruiten niet een draaihendeltje aanwezig was, maar een elektrisch knopje. En omdat er, na het drukken op dat knopje, geen enkele beweging in de zijruiten kwam. En vanwege het feit dat die persoon ook nog eens geen hamertje had om de ruiten stuk te slaan, realiseerde hij zich dat hij gevaarlijk opgesloten zat in een auto waarin het water wel erg angstaanjagend snel naar binnen kwam. Deze persoon raakte toen nog meer in paniek. Maar misschien omdat het hier een electrotechnisch ingenieur betrof, realiseerde deze zich op zeker moment dat het electrische circuit, waarmee het knopje de autoruiten diende te openen, was verbroken. En toen deze persoon zich dat goed en wel realiseerde, begreep deze ook dat het electrische circuit van een auto normaal gesproken wordt onderbroken als men de autosleutel uit het contactslot haalt. In zijn haast om uit te stappen, had deze persoon net als gewoonlijk, bij het uitstappen uit de auto, de sleutel uit het contactslot gehaald. Toen deze persoon die sleutel vervolgens weer in het contactslot had gedaan, lukte het openen van de zijruiten heel gemakkelijk. Door de paniek had het best een tijdje geduurd voordat deze persoon op het idee was gekomen wat de reden was dat de autoruiten niet geopend konden worden.

Door van tevoren reeds na te gaan denken over de mogelijkheden die men heeft wanneer men in een penibele situatie terecht komt, vergroot men de kans zeer om het er in een dergelijke situatie levend vanaf te brengen. Een goed voorbeeld daarvan is een geval van een ongeluk met een militair vliegtuig wat zich in het verleden eens in Nederland heeft voorgedaan. Bij de landing van dat vliegtuig brak er brand uit in het vliegtuig. En slechts weinigen waren toen in staat om dat brandende vliegtuig bijtijds te verlaten. Diegenen die dat was gelukt, hadden heel toevallig dicht bij de deuropening van het vliegtuig gezeten. En veel van de anderen die het niet was gelukt, zaten verder van de deuropening vandaan. Behalve een enkele man, die juist op een ongunstig plekje in het vliegtuig had gezeten. Ook die man was in staat geweest de deuropening bijtijds te bereiken. Toen de zich over dat feit verwonderende onderzoekers van het vliegtuigongeluk hem daar later over ondervroegen, zei hij dat hij de enorme drukte in het gangpad van het vliegtuig had weten te omzeilen door over de rugleuningen van de stoelen heen naar de deuropening toe te gaan klimmen. Dat was best een slimme oplossing geweest voor het heel erg penibele probleem waarin deze man zich had bevonden. De onderzoekers wisten dat men in een dergelijke situatie van paniek normaal gesproken niet een dergelijke slimme oplossing weet te bedenken voor de riskante situatie waarin men verkeert. Toen zij deze man daarover uithoorden, antwoordde deze dat hij een dergelijke situatie van tevoren voor de geest had gehaald. En dat hij daardoor direct wist wat hij kon doen om de deuropening van het vliegtuig betrekkelijk snel te bereiken.

Hieruit valt ook te leren dat men de mogelijke oplossingen, in situaties waarin men tegen een groot gevaar aanloopt, beslist niet alleen van tevoren in de praktijk hoeft te oefenen. Maar dat het van tevoren visualiseren van de mogelijke oplossingen, ook goed zal kunnen werken.

Kort samengevat: als een ouder zich heel goed focust op de veiligheid en gezondheid van zijn kinderen, is als een logisch gevolg daarvan, de kans kleiner dat er met die kinderen iets vervelends gebeurt. Dat principe geldt al evenzeer als ieder mens zich goed op de eigen veiligheid en de eigen gezondheidheid zou gaan focussen en bovendien op de veiligheid en gezondheid van andere mensen. Veel minder mensen zouden dan de dupe worden van het aanwennen van riskante gewoontes. Net als op de veiligheid en de gezondheid van kinderen, moeten wij dus ook goed alert zijn op de veiligheid en gezondheid van onszelf en op die van de andere mensen in onze leefomgeving. Dat lijkt een inkoppertje te zijn, maar het is maar al te goed bekend dat mensen sterk geneigd zijn om zich te weinig aan te trekken van de vele gevaren die op hen afkomen. "Dat overkomt ons toch zeker niet?", lijken veel mensen bij voortduring te denken.

N.B. 'Visualisatie' wordt door psychologen wel 'Geleide Verbeelding' genoemd. Het werkingsmechanisme hiervan wordt door hen bijvoorbeeld toegepast om een kind wat een angstdroom over een slang heeft gehad, via een verbeeldingssuggestie van die angst te verlossen. Namelijk door de verbeeldingssuggestie dat het bijtijds een gevorkte en een steen vindt om de slang uit te gaan schakelen. Ook maken sportpsychologen wel gebruik van dit werkingsmechanisme om bijvoorbeeld een hoogspringer zich precies te laten inbeelden hoe hij in de starthouding staat; hoe hij vervolgens een aanloop neemt en zich afzet. En hoe hij vervolgens zijn lichaam omhoog brengt; het stuurt en het over de lat heen beweegt.

Vóór u besluit om een tip (die op deze website staat vermeld) te gaan opvolgen, dient u eerst de veiligheidsadviezen te lezen. Klik daarvoor op deze link.