KLIK HIER VOOR INFORMATIE |
GEZONDHEIDSTIPSERVARINGEN EN INZICHTEN |
CLICK HERE FOR |
Als men aan autisme denkt, zal allereerst het beeld naar voren komen van een kind dat een dermate heftige contactstoornis heeft, dat het geheel in zichzelf opgesloten lijkt te zijn. Kinderen met autisme doen over het algemeen heel weinig moeite om in contact te komen met andere mensen, hoewel zij daar wel degelijk toe in staat zijn. Het lijkt er vaak op dat zij niet hun best willen doen om met andere mensen te communiceren. Door niet, of slechts in zeer geringe mate te reageren op pogingen van andere mensen tot het leggen van contact, lijken zij zichzelf veiliger te voelen.
Autisme is een stoornis die niet overgaat bij het opgroeien van mensen. Volwassen mensen zijn dus ook relatief vaak behept met autisme. Alleen weten zij het dan zelf vaak niet. Veel mensen ontdekken pas op latere leeftijd dat zij een vorm van autisme hebben. Ofwel dat zij lijden aan het 'autisme spectrum syndroom', zoals het in medische kringen wordt genoemd. Niet voor niets spreken wij hier van 'lijden'. Dit omdat mensen met autisme bij het opgroeien tegen allerlei verschillende problemen oplopen. Het percentage mensen met problemen, die annex zijn aan autisme, wordt naarmate mensen ouder worden alleen maar groter. Dat komt doordat de tijdsperiode van volwassenheid veel langer duurt dan de tijd waarop de kindertijd duurt. Het aantal gevallen van de aan autisme gerelateerde problemen stapelt zich dus onder de mensen op, tijdens de volwassenheid. Mensen hebben op volwassen leeftijd echter vaak wel een 'modus operandi' gevonden om enigszins bevredigend met die problemen om te kunnen gaan.
Als mensen 'klassiek autisme' hebben, zijn zij met name overgevoelig voor prikkels van buitenaf. Het is voor hen dan bijvoorbeeld erg moeilijk om samen met veel andere mensen in een drukke groep mensen, of in een groot kantoor samen met veel andere mensen aanwezig te zijn. Ook heeft men dan meestal wel wat moeite om met andere mensen om te gaan. Daarnaast herhaalt men sommige zaken vaak en kan men helemaal opgaan in een bepaalde interesse. Omdat de benaming 'autisme' slechts staat voor de problemen die rechtstreeks verbandhouden met autisme, is dit een veel te eng begrip. Men kan in feite beter gaan spreken van de hierboven reeds aangehaalde en veel meer omsluitende benaming 'autisme spectrum syndroom".
Mensen met het Autisme Spectrum Syndroom kunnen ook opvallend veel 'onhandiger' zijn dan mensen die dat syndroom niet vertonen. Mensen met deze aandoening lopen ook vaak wat houterig. En ze laten ook vaak dingen vallen, of ze pakken die dingen niet goed vast. Dit gaat verder dan de gebruikelijke onhandigheidjes die iedereen wel eens heeft. Stoornissen in het motorisch functioneren komen frequent voor bij mensen met het autisme spectrum syndroom. Dit is er de oorzaak van dat zij opvallend minder goed zijn in het beoefenen van wedstrijdsporten als voetbal en als volleybal. Een signaal wat hiertoe bij mensen met deze afwijking ook van belang is, is hun gewoonte om opvallend met hun handen of met hun armen te gaan fladderen van hun handen. Of om te gaan springen en/of op hun tenen te gaan lopen. Of om andere stereotiepe lichamelijke bewegingen te gaan maken, zoals schommelbewegingen en bewegingen waarbij zij rondjes draaien; ook kunnen zij onacceptabel gedrag vertonen; of ze kunnen een onacceptabel taalgebruik hebben.
Men zal zich ook kunnen gaan afvragen tegen wat voor soort problemen mensen aanlopen die contact hebben met mensen die het autisme spectrum syndroom vertonen.
Een typerend aspect van mensen die dit syndroom vertonen is vooral de onophoudelijke stroom gedachten die met die mensen aan de haal lijkt te gaan. Het te lang en te diep stil blijven staan bij bepaalde details van hun waarnemingen, kan bovendien storend zijn voor de andere mensen die met hen in contact staan. En het door autisten 'tot in den treure toe' zoeken naar verbanden tussen al die verschillende details, kan bij andere mensen storend werken. Ook de bijzondere neiging van autisten om hierover zodanig te gaan doordenken, dat zij nog maar moeilijk zijn te volgen, zal tot gevolg hebben dat anderen het spoor helemaal bijster raken.
De autisten zelf, of laten wij zeggen: de mensen zelf, die behept zijn met het autisme spectrum syndroom, zullen de ervaring hebben dat zij doorgaans niet goed worden begrepen. En als zij daar dan vervolgens wat aan trachten te doen, door het herhalen en verdiepen van hun uitleg, zij er vaak tegenaan lopen dat die andere mensen afhaken. En dat zij vooraleerst niet meer naar hen willen gaan luisteren. Mensen met het autisme spectrum syndroom lijken er bovendien soms op te kicken dat men hen niet goed begrijpt, omdat zij schijnbaar opzettelijk geen nadere uitleg geven van hetgeen hen bezighoudt. Het is ook niet zo erg vreemd dat veel andere mensen hen soms niet meer goed kunnen volgen, want zij hebben zich vaak in bijzondere mate verdiept in de details van een onderwerp wat zij hebben aangeroerd.
Vóór u besluit om een tip (die op deze website staat vermeld) te gaan opvolgen, dient u eerst de veiligheidsadviezen te lezen. Klik daarvoor op deze link.